maandag 7 april 2014

'Freegans', de moderne vrijbuiters

Is het nodig om goede etenswaren uit afvalbakken te halen?

Het is werkelijk een gedrocht van een woord; maar de inhoud is loffelijk. 'Freeganisme' – een samentrekking (kofferwoord) van "free" (vrij) en "veganism" (levenswijze zonder gebruik van dierlijke producten) – is een vorm van verzet tegen de westerse consumptiemaatschappij, in het bijzonder tegen de verspilling van voedsel die in onze samenleving gewoon is geworden.
Wat doet een freegan? Wel, 'dumpster diven' – weer zo'n waardeloze pseudo-Engelse term. Afvalbakduiken, letterlijk. Het Duits gebruikt 'Containern', ook een waardeloze term. Het Deens heeft er wel een eigen woord voor bedacht: "skraldning", afgeleid van "skrald", afval. Maar het is intussen duidelijk geworden: een freegan duikt in afvalbakken – en waarom? Om daar zijn levensonderhoud uit te halen. Ajakkes…

Maar stel je gerust. Het is meestal niet zo smerig als het lijkt. Je moet niet denken aan half opgegeten boterhammen uit de prullenbak op straat, maar aan zo'n grote afvalbak achter de supermarkt, waar dozen vol wijn, zuivel, groente, fruit en tal van andere puike levensmiddelen zijn te vinden. Alleen het is over de datum, of bijna. Nou en? Over de datum betekent meestal niet "overstuur" (volg de snelkoppeling en overtuig jezelf).
Zo doende is een freegan goedkoop uit; net als zo'n zeeschuimer van vroeger. Een "vrijbuiter" heet zo'n piraat ook wel. Tegelijkertijd staat "vrijbuiter" ook voor iemand die zich niet zoveel gelegen laat liggen aan wat 'hoort', aan hoe men meent dat het moet, aan maatschappelijke regels. Aansluitend aan deze twee betekenissen wil ik er nog een derde aan toevoegen: "iemand die weggegooid goed voedsel uit afvalbakken rooft". Een vrijbuiter is dus wat men tot nu toe nog noemt een freegan en freeganisme is moderne vrijbuiterij. Want een vrijbuiter is letterlijk iemand die vrije buit behaalt. In dit geval gratis voedsel.

Dat deze 'buit' door zijn vorige bezitters werd versmaad is een schande voor de samenleving, een kwade uitwas van het kapitalisme. Het schijnt dat ongeveer een derde van al het voortgebrachte voedsel ongebruikt wordt weggegooid (in Amerika is het nog erger, maar daar hebben we het vandaag niet over). Een deel gebeurt al in de industrie, een deel bij de handel en een deel bij de consument. Het gaat om voor het overgrote deel goed voedsel, met een totale waarde van miljarden euro's per jaar. Dit is wel erg zonde van het geld, maar ook van de milieubelasting die met de voedselbereiding gepaard gaat en bovendien kunnen we het niet verantwoorden tegenover de Schepper en de hongerlijdende medemens.
Het goede nieuws is dat de overheid er nu aandacht aan besteedt en de voedselverspilling bij industrie en supermarkten probeert terug te dringen. Zo is er een documentaire gemaakt over het weggooigedrag van supermarkten. De grootste verspiller van allemaal, Jumbo, heeft zich dit aangetrokken en zoekt nu contact met de voedselbank. Een goed begin.
Maar de situatie is nog steeds schrijnend. Restaurants en evenementen die na 23:00 uur sluiten kunnen moeilijker hun overtollige voedsel kwijt bij voedselbanken (die sluiten eerder) en dus worden er tonnen kostbaar eten in de vuilnisbak gekieperd. En de gemiddelde consument gooit nog evenveel weg als vijf jaar geleden. Kortom: het is goed dat vrijbuiters aandacht schenken aan dit probleem, op hun eigen onconventionele wijze. Eigenlijk smaakt een vruchtensalade van ooft uit de vuilnisbak zelfs lekkerder dan eentje uit de supermarkt, want het is eerlijk voedsel, gered van de verspilling.

Dus, ja: het is nodig om goede etenswaren uit afvalbakken te halen. Dat blijft het zolang Nederland zijn verantwoordelijkheid niet neemt, bang is voor een minder mooi plekje op een appel en niet door heeft dat de datum op een verpakking niet de uiterste, maar de minimale houdbaarheid aangeeft.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten