Ze zijn aan de orde van de dag, sterker nog: voor hele
volksstammen bepalen ze zo'n beetje hun complete leven: internettelefoons en
daarop geïnstalleerde toepassingen. In de gebruikelijke modetaal: i-phones en
smartphones met apps. Nu moet ik bekennen dat ik die termen niet graag gebruik;
omdat ze onnodig Engels zijn en wat de laatste, "app" betreft, omdat het gewoonweg een afschuwelijk 'woord' is;
ieder met enig esthetisch gevoel zal dat beamen, denk ik. Het is niet eens een
woord, maar een afkorting, van "application",
applicatie, toepassing. Ik praat daarom graag enigszins spottend van "aap",
ook al heb ik het gevoel dat ik daarmee onze klauterende medeschepselen
beledig. Maar goed, genoeg over de termen, het gaat me nu om de zaken zelf.
De aanleiding was het volgende. Wycliffe Bijbelvertalers is
een organisatie die ongelooflijk veel nuttig werk doet door, de naam zegt het
al, de Bijbel te vertalen, in zo veel mogelijk talen waarin de Bijbel nu nog
niet beschikbaar is. Omdat de grotere talen inmiddels over een eigen bijbelvertaling
beschikken werken de vertalers van Wycliffe tegenwoordig voornamelijk in de
meest afgelegen gebieden op Aarde, zoals de binnenlanden van Afrika, de
eilandjes in de Stille Oceaan en de berggebieden van Nieuw-Guinea. Vooral op
dat eiland worden onwaarschijnlijk veel talen gesproken, het loopt tegen de
duizend. Nog wel.
De Papoea's, die verantwoordelijk zijn voor deze grote verscheidenheid
aan talen (iedere stam spreekt zijn eigen taal), komen in toenemende mate in
aanraking met de westerse cultuur; eerst in de kustgebieden, vervolgens in de
binnenlanden. Dat heeft onder andere tot gevolg dat ze scholing krijgen,
Indonesisch en/ of Engels leren en dan hun oude taal en cultuur de rug toe
keren. Een moeilijkheid waar Wycliffe tegenaanloopt in dit gebied is dat de
Papoea's geen leescultuur kennen en die zich ook slecht eigen maken. En dat
terwijl het onderwijs bijna alleen maar in het Engels plaatsvindt. Nu hebben de
veldwerkers, om deze mensen toch de
gelegenheid te geven de Bijbel te leren kennen en vooruit te komen in de wereld,
apps te ontwikkelen waarmee ze Engels
kunnen leren en de Bijbel kunnen lezen.
Nu zal ik niet ontkennen dat deze mensen het beste voor
hebben met de Papoea's, en evenmin dat zij hen beter kennen dan ik. Toch meen
ik een paar kritische kanttekeningen te moeten plaatsen.
De eerste betreft het gebruik van internettelefoons en de
tweede de opmars van meerderheidstalen als het Engels; ze komen samen in één begrip:
kolonialisme.
Het begon rond de zestiende eeuw toen Europeanen de aardbol
gingen verkennen en vervolgens nederzettingen gingen stichten in nieuw-ontdekte
gebieden. Wingewesten werden het, waar ze door ruilhandel met de 'wilden' grote
rijkdommen vandaan haalden. Ook handel in
wilden werd winstgevend.
Vele inboorlingen werden gedood door een Europese kogel of
een Europese ziekte of werden gedwongen de leefwijze van de kolonisator over te
nemen. Pas later kwamen er zendelingen die niet uit waren op eigen voordeel
maar op het heil van hun medemensen. Helaas ging zending en missie vaak samen
op met handel, dwangarbeid en 'ontwikkeling' van de achtergebleven volksstammen
"die nog in het stenen tijdperk leven". Ondanks dat slavernij in onze
streken inmiddels is verboden, de meeste voormalige koloniën inmiddels
zelfbestuur kennen en het politiek incorrect is donkerhuidige mensen als
minderwaardig te beschouwen, is het kolonialisme nog allerminst verdwenen. Dat "stenen
tijdperk" klonk bekend, toch?
Nog altijd zijn allerlei bedrijven, overheidsinstanties en
ontwikkelingsorganisaties erop uit de achtergebleven gebieden te 'ontwikkelen',
beschaving en economische groei bij te brengen. Vaak met de beste bedoelingen. Intussen
gebeuren er twee dingen, die ook weer met elkaar samenhangen:
A
Bestaande culturen, talen en gebruiken worden
weggedrongen door dominante culturen en talen. Aanvankelijk door aggressief
anti-minderhedenbeleid vanuit de overheid (in 'beschaafde' landen als Canada en
Australië gebeurde dat nog tot na de Tweede Wereldoorlog en in sommige andere
landen nog steeds). En nu doordat minderheden uit zichzelf overstappen op de dominante
taal, naar de stad verhuizen en hun cultuur kwijtraken. Dat komt hierdoor:
A
Wij westerlingen hebben onze ontevredenheid geëxporteerd.
Meer, meer, meer. Op tv zie je reclame voor iets, je buurman heeft het, jij wil
het ook. Nieuwe smartphone op de
markt? Die wil je ook. Al drie jaar bij dezelfde baas? Tijd voor een carrièresprong.
Tien euro per uur verdienen is veel te weinig. Eén vakantie per jaar is veel te
weinig. En dicht bie huus, da's jao veul
te min. Als vrouw thuisblijven voor je kinderen is echt uit de tijd, je
moet ook om jezelf denken.
En het is zielig dat sommige minder ontwikkelden die
mogelijkheden niet hebben. Zijn ze niet gewend om te lezen? Goed, dan geven we
hen toch een mobieltje met een taal-app,
kunnen ze tenminste hun hele jeugd in de schoolbanken verslijten en straks in
de stad carrière maken.
Beetje gechargeerd en over-idealistisch gesteld, maar toch. Culturele
rijkdom toont net als biodiversiteit iets van de veelkleurige wijsheid van de
Schepper. Ik ben van mening dat we exotische volken niet meer westerse cultuur
moeten aanbieden (opdringen) dan het Evangelie, dat in beginsel niet westers is
maar oosters.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten