Nu snel weer verder over graancirkels, want er staan nog
vele onopgeloste vragen open. De lijst uit de vorige aflevering (twee weken
geleden) is niet uitputtend. Buitendien treden er meestal maar enkele op in één
formatie. Soms geeft de ene cirkel andere effecten dan een andere in dezelfde
formatie.
Het advies van de circlemakers
luidt: zoek naar leylijnen. Met een wichelroede, bijvoorbeeld. Als je je
cirkels op een kruispunt van zulke energiebanen weet te leggen krijg je geheid
vreemde verschijnselen die te boek staan als echtheidskenmerk.
Mijn conclusie luidt dan ook: verscheidene van de genoemde
effecten (met name onder A, C en D) zijn geen aanwijzing voor een echte
graancirkel, maar van een krachtige aardenergie op die plek, hetzij positief,
hetzij negatief, hetzij ‘neutraal’.
Dit wordt (deels) ook wel door sommige
graancirkelonderzoekers onderkend. Sjaak Damen is een Brabantse akkerbouwer die
zeer geboeid is door graancirkels en het bovennatuurlijke. Sinds 2009 heeft hij
uitgebreid onderzoek gedaan naar de kieming van graan uit graancirkels. Zijn
ervaring is namelijk dat kenmerken als buiging en knoopuitrekking evengoed
voorkomen buiten graancirkels. Graancirkelonderzoeker Robert Boerman erkent
dat, maar merkt daarbij op dat het vooral voorkomt in windworp, en dat bepaalde
delen van bepaalde akkers daar bijzonder gevoelig voor zijn –
hoogstwaarschijnlijk de plekken met een extra hoge aardenergie, inderdaad.
Op grond van valgetal (meelkwaliteit; analyse door een
laboratorium) en kiemsnelheid (eigen proeven van Damen) bleken van 18
onderzochte graancirkels er 4 als echt te kunnen worden beschouwd; van de
meeste andere was er niets met zekerheid te zeggen. Voortgaande kiemproeven
toonden van graan uit één formatie drie genetische veranderingen:
-
verdwijnen kafnaalden;
-
grotere aar;
-
resistentie tegen een groeiremmer.
Deze kenmerken verdwenen weer geleidelijk in volgende
generaties. Bij een ander ras bleken juist kafnaalden te verschijnen, evenals
een grotere resistentie tegen schimmels. Verder bleken deze veranderingen
overeen te komen met die van blootstelling aan magnetronstraling van een
bepaald vermogen gedurende een bepaalde tijd. (Herinner je de theorie van
Haselhoff uit aflevering 5 over elektromagnetische straling.) Op deze wijze
heeft Damen een nieuw tarweras (‘Agnes’) weten te kweken met een veel hogere
opbrengst, waarnaar hij nog verder onderzoek doet, maar waarvan hij inmiddels
al meel heeft gemalen en brood gebakken. Zijn conclusie luidt:
"De mogelijkheid bestaat dat straling stress
veroorzaakt en dit een DNA-verandering te weeg kan brengen en dat dit erfelijk
is in de ruimste zin van het woord.” Hij suggereert dat het goed is nader
onderzoek te doen naar graan dat groeit onder een hoogspanningsleiding of
windturbine. Dat is opmerkelijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten