De vele Nederlandse kerkelijke
groeperingen zijn bijzonder voorspelbaar. Dat zeg ik niet om voeding te geven
aan gefrustreerde ex-kerkgangers en sceptische buitenstaanders, want voor hen
is deze bijdrage niet bedoeld; deze week namelijk een stukje dat alleen boeiend
is voor mensen die op z'n minst één kerkgenootschap van nabij kennen.
Vertel mij hoe lang je preek
duurt en wat er gezongen wordt (en hoeveel mensen er in de kerk zitten), dan
voorspel ik wat het hoofdthema van je preken is, hoeveel mensen er aan het Avondmaal
deelnemen, hoeveel mannen een spijkerbroek en hoeveel vrouwen een rok/ jurk en
indien van toepassing een hoofdbedekking dragen, hoe luid er gepraat wordt
voordat de dienst begint, welke bijbelvertaling er gebruikt wordt en hoe de
muziek wordt vormgegeven.
Onwaarschijnlijk? Nee, ga zelf
maar eens op ontdekkingstocht en je zul merken dat ik gelijk heb. Zo'n
ontdekkingstocht is trouwens altijd verrijkend, al kan de voorspelbaarheid waar
we het nu over hebben mij wel eens frustreren. Want stel dat ik kerk zoek waar
de preek hooguit een kwartier duurt, maar waar het wel vooral gaat over de
ellendige toestand van de natuurlijke mens – zo'n kerk bestaat niet. Of ik wil
graag opwekkingsliederen zingen, maar dan wel in een gemeente met mooie meisjes
met rok en baret – dat blijkt (voor zover ik weet) evenmin te bestaan. Of ik
zoek een gemeente waarvan de helft aan het Avondmaal deelneemt en waar uit het
Liedboek gezongen wordt – kan niet. Of een preek van 50 minuten en ritmisch psalmgezang
– een onmogelijke verbinding. Raar, maar waar.
Het zit namelijk zo. Je kun
alle protestantse kerkelijke groeperingen (een enkele uitzondering daargelaten)
rangschikken naar vrolijkheid van de boodschap. Zet je dit in een grafiek uit,
dan zie je dat als de boodschap vrolijker wordt, de preekduur afneemt en het
percentage rokken en hoeden eveneens. Het aantal avondmaalgangers neemt toe.
Ook het tempo waarin de psalmen gezongen worden neemt toe, ze worden ritmisch,
er komen meer gezangen bij, en uiteindelijk blijven er alleen hetzij
liedboekgezangen (in kerken met kinderdoop), hetzij opwekkingsliederen (in
gemeenten met geloofsdoop) over. Bij de mannen worden pakken vervangen door
spijkerbroeken. Er worden minder (en al snel geen) rollen snoep rondgedeeld
tijdens de preek, er wordt steeds drukker gepraat voor en na (en tijdens) de
dienst. De kernboodschap van de preek verandert – in de termen van de Heidelbergse
Catechismus – van Ellende naar Verlossing naar Dankbaarheid en uiteindelijk is
ook van de laatste niet veel meer over en zit je bij de vrijzinnigheid.
Eigenlijk zou je het voor je
moeten zien; wie er belangstelling voor heeft kan ik het schema toesturen. De
strekking is echter duidelijk: elke gradatie tussen links en rechts is
mogelijk, maar de combinatie van kenmerken ligt vast. Helaas, voor degene die
de noodzaak van dit-hoort-bij-zus, dat-hoort-bij-zo niet inziet (bijvoorbeeld
doordat hij het niet in de Bijbel terugvindt).
Als mensen om één of twee
dingen van kerk veranderen (daarbij zie je trouwens vrijwel uitsluitend een
beweging van rechts naar links) nemen ze alle andere bij hun nieuwe gemeente
behorende kenmerken automatisch over. Het probleem is, opnieuw, dat maar weinig
mensen zelfstandig nadenken.
Voor een flink deel is dit wel waar. Maar niet helemaal (dat is natuurlijk bijna altijd zo met stellige uitspraken). Ik kan je bijvoorbeeld best helpen aan een paar voorbeelden van ritmisch-zingende gemeenten waar ze een preek hebben van 50 minuten. En van gemeenten waar de kinderdoop gepraktiseerd wordt terwijl ze Opwekkingsliederen zingen (naast of in plaats van Liedboek). Al geef ik toe, dat dit redelijk marginale opmerkingen zijn.
BeantwoordenVerwijderenOverigens is het niet zo dat er alleen verschuivingen zijn van 'rechts' naar 'links'. Misschien is dat wel de hoofdzakelijke beweging van de kerken in NL in de laatste decennia (al zijn er enkele uitzonderingen), maar de twintigste eeuw heeft genoeg voorbeelden laten zien in NL waar er 'verrechtsing' was, zeker in de Hervormde Kerk. En ook in bijvoorbeeld de Verenigde Staten zijn die er meerdere (bijvoorbeeld de OPC, waar men van gezangen overstapte op (hoofdzakelijk) Psalmen).
Goede aanvulling. Inderdaad zijn er uitzonderingen, maar (helaas) zeldzaam.
BeantwoordenVerwijderen